Pleister & Schilder Interieur

Het substraat testen

In principe moet de pleisterondergrond door de aannemer gecontroleerd worden voor het aanbrengen van de pleister, zodat bv. voldoende hechting van de pleister bereikt kan worden. De pleisterondergrond moet vlak, draagkrachtig, voldoende vormvast en vrij van stof en andere onzuiverheden zijn, hij moet droog en vorstvrij zijn en de temperatuur van de component moet minstens +5°C bedragen.

Gipsbasis voorbehandeling

De voorbereiding van de pleisterondergrond omvat alle maatregelen die een stevige en duurzame hechting tussen het pleisterwerk en de pleisterondergrond bevorderen: Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt door een primer aan te brengen die de pleisterbasis egaliseert en de wateronttrekking uit de mortel vermindert.

Restauratiepleisters en restauratiepleistersystemen volgens WTA

Restauratiepleisters zijn speciale pleisters met veel poriën (porositeit > 40 vol. %) met een zeer hoge waterdampdiffusiecapaciteit en een verminderde capillaire geleidbaarheid. Ze worden gebruikt voor het pleisteren van vochtig en/of met zout vervuild metselwerk. Het basisprincipe van restauratiepleisters is dat de opgeloste zouten in de poriënruimte worden getransporteerd en daar kristalliseren zonder dat deze zouten zichtbaar worden op het pleisteroppervlak of dat de pleisterstructuur wordt vernietigd door zouten die schadelijk zijn voor het gebouw.