Minerale, koudeflexibele en scheuroverbruggende 2-componenten afdichtingsmassa
Toepassingsgebieden:
- Snelle bouw- en kelderafdichting voor alle dragende ondergronden, bv. muren (hier alleen van buitenaf gebruiken!), vloeren, plinten, watertanks, bassins, enz.
- Ook als dwarse afdichtingskit voor wanden en klinkeroppervlakken en voor het afdichten van wand/bodemverbindingen.
- voor de renovatie van oude bitumineuze waterdichting (bitumencompatibel)
Eigenschappen:
-
tweecomponenten, oplosmiddel- en bitumenvrij
-
milieuvriendelijk
-
Verouderings- en UV-bestendig
-
flexibel
-
Hoge drukbestendigheid
-
regenbestendig na ongeveer 2 uur
-
Laadbaar, kan na ongeveer 16 uur worden gevuld.
-
pleisterbaar
-
overschilderbaar (met siloxaan- en acrylverf)
-
radondicht
Technische gegevens:
Samenstelling:
|
Polymeerdispersie, additieven en cementgebonden poedercomponent
|
Doorn van 25 mm koud breken:
|
< 0 °C
|
Rek bij breuk:
|
ongeveer 80
|
Diffusieweerstand μ:
|
ongeveer 7500
|
Max. Treksterkte:
|
ca. 2,20 N/mm²
|
Drukbelastbaarheid:
|
> 1 MN/m²
|
Strakheid:
|
2,5 bar testdruk (duur: 28 dagen)
|
Verwerkingstijd:
|
ongeveer 45 minuten (bij 20°C en 60% relatieve vochtigheid)
|
Verarbeitungstemperatur:
|
+5 °C tot +25 °C (lucht-, materiaal- en substraattemperatuur)
|
Kleur:
|
groen-grijs
|
Testcertificaten:
|
voor water onder druk en onderdrukbelastingen
|
|
|
Substraat / opmerkingen:
De ondergrond moet vorstvrij, oppervlaktedroog, hechtend/ondersteunend, schoon en vrij van stof en scheidingslagen (bijv. verflagen, bekistingsolie, enz.) zijn. Losse delen moeten verwijderd zijn. Pleisters moeten voldoende uitgehard zijn.
Eventueel aanwezige sinterlagen, bijvoorbeeld op jonge betonnen onderdelen, moeten volledig en vakkundig worden verwijderd voordat Secco One wordt aangebracht.
Er mag geen water tussen de ondergrond en de waterdichting komen.
In de regel is voorstrijken niet nodig. Bij extreem sterk absorberende minerale ondergronden is het aanbrengen van Secco Hybrid Primer noodzakelijk om het absorptiegedrag te reguleren.
Oude, stevig hechtende bitumineuze waterdichting kan na reiniging opnieuw worden aangebracht zonder verdere priming.
Teercoatings en teerplaten zijn niet geschikt als substraat.
De volgende ondergronden zijn bijvoorbeeld geschikt voor een buitenafdichting:
- Metselwerk volgens DIN 1053 zoals bakstenen, holle blokken en massieve bakstenen/blokken van licht beton en beton, slakkenstenen, kalkzandstenen, cellenbetonstenen.
- Bekistingsblokken van beton, gemengd metselwerk
- Beton/gewapend beton volgens EN 206-1 in combinatie met DIN 1045-2
- Gips (DIN V 18550)- mortelgroep P III,CS III, CS IV volgens DIN EN 998-1
- Bestaande bitumencoatings op minerale ondergronden
Let op: Bij intens zonlicht kunnen er bellen ontstaan in de waterdichtingslaag; deze bellenvorming kan zoveel mogelijk worden voorkomen door vooraf een krasvuller aan te brengen.
Verwerking:
Voeg de vloeibare component toe en voeg al roerend het poeder toe. Meng homogeen met een langzaam draaiend roerwerktuig (400-600 tpm). De mengtijd is minstens 2 minuten.
Het product wordt aangebracht met een kwast, troffel of spray. Zorg ervoor dat het waterdichtingsmiddel gelijkmatig wordt aangebracht. Spaaninslagen in het materiaaloppervlak moeten worden vermeden. De maximale laagdikte per toepassing is 8 mm.
De minimale droge laagdikte is 2,5 mm.
Secco One wordt in 2 lagen aangebracht. In bijzonder belaste gebieden is de opname van een versterkende inlage (bijv. rode steen Putzgewebe 165) extra vereist. Tussen het aanbrengen van de lagen moet een droogtijd van minstens 2 uur - afhankelijk van het weer - in acht worden genomen.
De eerste laag mag niet beschadigd worden door het aanbrengen van de tweede laag.
De waterdichting moet tegen mechanische belasting worden beschermd totdat deze voldoende is uitgehard. Voor een buitenafdichting volgens DIN 18533 moeten geschikte beschermlagen worden aangebracht. Gebruik alleen kleivrij vulmateriaal voor het opvullen van de bouwkuip, omdat er een risico bestaat op ontoelaatbare schuifkrachten als gevolg van herverdichting en zwelling van cohesieve grond.
Gebruik geen puin of bouwafval voor het opvullen van de uitgraving. Vermijd puntbelastingen op de waterdichting, bv. door golf- of kuiltjesplaten.
De richtlijnen voor de planning en uitvoering van waterdichting met flexibele afdichtingsslurries moeten worden nageleefd.
Secco One moet worden beschermd tegen te snel uitdrogen en tegen ongunstige weersomstandigheden (bijv. intens zonlicht, vorst, regen, enz.).
De Secco One in gebruik
Schoonmaken:
Reinig gereedschap onmiddellijk na gebruik met schoon water. Vers materiaal kan worden opgelost met water. Uitgehard materiaal kan alleen mechanisch verwijderd worden.
Opslag:
12 maanden houdbaar in goed gesloten, droge, koele en vorstvrije verpakking.
Verbruik: (volgens MDS-richtlijnen)
Afhankelijk van de bouwplaats kunnen de opgegeven verbruikshoeveelheden met 1 - 1,5 kg/m² toenemen (door ongelijkmatige ondergrond of materiaaltoepassing). Egalisatie- en krascoatings moeten afzonderlijk worden beschouwd.
Spatwater/wandbodem, wanddwarsdoorsnedeafdichting, klinkercontactvlakken, afdichting tegen grondvocht:
|
ca. 3,2 kg/m², tweelaags
|
Afdichting tegen opdringend water:
|
ca. 4,5 kg/m², twee lagen
|
Gebouwafdichting volgens DIN 18533 W1-E en W4-E:
|
ca. 3,2 kg/m², tweelaags
|
|
|