Grondverf op waterbasis, wit, met filmconserveringsmiddel
Toepassingsgebieden
- Hout buitenshuis
- Naaldhout en loofhout
- Houten onderdelen: bijv. ramen en deuren
- Houten onderdelen met beperkte dimensionale stabiliteit: bijv. vouwluiken, geprofileerde planken, tuinhuisjes
- Houten onderdelen die niet dimensionaal stabiel zijn: bijv. omheiningen, vakwerk, carports, houten beschot
- voor professionele fabrikanten
Eigenschappen
-
Gebruiksklaar om te dompelen en te overspoelen
-
Vermindert verkleuring door in water oplosbare houtbestanddelen
-
Goed wegloopgedrag op ruw en geïmpregneerd hout
-
Goede poriebevochtiging
-
Uitstekende (natte) hechting
-
met filmconserveringsmiddel tegen microbiële schade
Voorbereiding van het oppervlak
De ondergrond moet droog zijn en vrij van stof, vuil, vet en was.
Voor dimensiestabiele houten onderdelen moet het houtvochtgehalte tussen 11 - 15 % zijn, voor beperkte en niet-dimensiestabiele houten onderdelen maximaal 18 %.
De materiaal-, omgevings- en ondergrondtemperatuur moeten tussen +15 °C en 30 °C liggen.
Niet-bestendig hout moet indien nodig worden geïmpregneerd met een houtverduurzamingsmiddel.
De BFS-folder nr. 18 "Beschichtungen auf Holz und Holzwerkstoffen im Außenbereich" (Coatings op hout en op hout gebaseerde materialen buitenshuis) moet in acht worden genomen.
Verwerking
Remmers Induline GW-208 moet goed geroerd worden, ook tijdens het aanbrengen of na werkpauzes.
Gekwalificeerde vakbedrijven: borstelen, dompelen, overspoelen, spuiten alleen in gesloten systemen.
Na droging een tussenlaag aanbrengen met dit product of een geschikte tussenlaag.
Drogen:
- overschilderbaar: na ongeveer 4 uur (bij 23 °C en 50 % relatieve luchtvochtigheid)
- overschilderbaar met geforceerde droging: na ongeveer 90 min (20 min druppelen/50 min droogfase (35 - 40 °C)/20 min afkoelfase)
Lage temperaturen, weinig luchtverversing en een hoge luchtvochtigheid leiden tot vertragingen bij het drogen.
Sluit geopende verpakkingen goed af en gebruik ze zo snel mogelijk.
Opmerkingen
Test de compatibiliteit, hechting en kleurschakering met de ondergrond door testvlakken aan te brengen.
Op Accoya, eiken en kastanje worden optimale uitloopresultaten bereikt bij een pH-waarde van 9,0 - 9,5. Dit komt overeen met een toevoeging van 0,3 - 0,5 % Additief VP 20829 (0366).
Als de viscositeit toeneemt door verdamping, moet deze worden geëgaliseerd met water (doelviscositeit: uitlooptijd ongeveer 30 - 40 s in ISO-beker 3 mm).
Voor een betere vloeibaarheid onder ongunstige omstandigheden (hogere temperaturen, lage luchtvochtigheid) verdunnen met maximaal 10% water. Verdampingsverliezen compenseren door water toe te voegen.
Bij schuimvorming in het overstromingssysteem wordt een toevoeging van 0,1 - 0,2 % ontschuimer VP 21490 (0368) aanbevolen.
Overmatige verdunning van het product, overmatige houtvochtigheid of het niet naleven van de aanbevolen coatingvolgorde, applicatiehoeveelheden en droogtijden kunnen de isolerende werking van het product aantasten.
Bij coatingsystemen op waterbasis is er altijd een restrisico van verkleuring door houtbestanddelen!
Houtsoortspecifieke coatingadviezen voor de behandeling van ramen en buitendeuren zijn te vinden in de System Finder op de website van Remmers op www.remmers.de.
De folders "Verzorging en onderhoud van dompelbaden en overstromingssystemen" en "Aanwijzingen voor industriële hygiëne" moeten in acht worden genomen.
Verbruik